Carlos Amorales, eddie d, Rob Johannesma

13 oktober - 17 november



Voor deze expositie heeft het Nederlands Instituut voor Mediakunst, Montevideo/Time Based Arts een aantal kunstenaars uitgenodigd om nieuw werk te maken. Daarbij is aangeboden gebruik te maken van de technische faciliteiten binnen het instituut, zowel die van het Artlab als de Montage. Achterliggende gedachte is deze kunstenaars te ondersteunen in de technische produktie en praktische uitvoering van hun werk, waarmee het instituut haar afdelingen produktie, onderzoek en ontwikkeling belicht. Met multi-media apparatuur en technische know-how zijn deze kunstenaars bijgestaan in het realiseren van hun werk. De kunstenaars zijn geselecteerd op originaliteit en diversiteit onderling. In de toekomst zal het Nederlands Instituut voor Mediakunst in het expositiebeleid ook aandacht besteden aan andere afdelingen zoals conservering en distributie.

eddie d

Ritme, taal en de relatie tussen beeld en geluid zijn terugkerende elementen in het werk van eddie d (1963). In zijn computer aangestuurde installaties onderzoekt hij geluiden, bewegingen en gebaren van aspecten uit het leven van alledag. Deze werken impliceren vaak de participatie van de toeschouwer, direct of indirect. In de Stilleven installaties (2001) gaan door inventief gebruik van video kleine vervreemdingen in alledaagse situaties en objecten schuil. Ook in zijn Foto's op Natuurrubber (2001) komt het alledaagse leven naar voren. De serie foto's is specifiek in eenvoud en gewoonheid. Orquesta Revoltillo (2001), geïnspireerd op het werk van de Argentijns-Duitse componist Mauricio Kagel, laat zich het beste omschrijven als een ruimtelijke muzikale compositie, bestaande uit ritmische video elementen, tonale objecten en gesproken tekst. Voor dit werk is een techniek gebruikt waarbij synchroon, multi-kanaals video wordt gecomponeerd, en waarmee de kunstenaar balanceert tussen de werkwijze van een componist en de manier waarop een choreograaf zijn werk vorm geeft. De totale installatie geeft het beeld van een orkest, waarbij de video en objecten zelf, als orkestleden, onderdeel van de compositie zijn. Het publiek is beurtelings toeschouwer en orkestlid.

eddie d

De in Nederland woonachtige kunstenaar Carlos Amorales (1970) legt zich in zijn werk veelal toe op sociaal-culturele thema’s doorgaans ingegeven door zijn Mexicaanse achtergrond. In zijn performances, installaties en tekeningen roept Amorales fictieve figuren in het leven, zoals voorheen worstelaars en een dansende duivel, waarmee hij in specifiek vormgegeven situaties communiceert met het publiek. In de tentoonstelling wordt zijn nieuwste werk Next time I'll be a grown up (2001) getoond.

Tremo (2001) een project van Simply B

Not so long ago I discoverd I have spent most of my life becoming more like a tree. I always wanted to discover something great.
Aldus het begin van een tekst die onderdeel uitmaakt van de installatie / performance Tremo (2001), een project van Simply B, bestaande uit Monica Blok (concept, regie, performance), Diana Blok (fotografie, video), René Blom (performance), Floris Brasser (ruimtelijke vormgeving) en Willem Hein Trienstra (3D animatie). In Tremo wordt, door het spelen met de interactie tussen natuurlijke en virtuele beweging, gezocht naar de essentie van beweging. Hoe kan men balanceren tussen het punt waar de ene beweging stopt en de volgende begint? Volgens Leonardo da Vinci kan beweging nooit zo langzaam zijn dat er een moment van stabiliteit in optreedt. De animatie van een boom als symbool voor groei, leven en vitaliteit speelt in dit werk een belangrijke rol, met de boomstam als gelijkenis van het menselijk lichaam, de takken zijn armen en de wortels zijn benen en voeten. In Tremo vormt de herinnering van de mens de bron van de adem van de boom.

Rob Johannesma

Het werk van Rob Johannesma (1970) zoomt in op het landschap en de natuur. Bij het zoeken naar een weergave hiervan bestaat bij veel kunstenaars de behoefte te zoeken naar het meest elementaire. Het gaat hen niet om een naturalistische weergave maar om de verbeelding van een landschapservaring waarbij een nieuw landschapsbeeld wordt gecreëerd. Bij het kijken naar de kunstmatig geconstrueerde landschappen van Johannesma kan de beschouwer zich openstellen aan zo’n beleving. Met name omdat zijn beelden niets dan natuur laten zien, geen mensen of dieren, waardoor je als toeschouwer, verlost van allerlei associaties, in een één-op-één relatie met het groen staat. De stilte, ofwel afwezigheid van geluid, draagt hier in grote mate aan bij. Eerdere landschappen die we van Johannesma kennen betrokken ons langzaam in het beeld, trage bewegingen en een horizon in het beeld zorgden hiervoor. Zijn nieuwste werk Zonder Titel (2001) is sneller en dichter op de huid dan we van hem gewend zijn. De video opnames, slechts twee minuten materiaal, zijn gemaakt in een bos in Canada. Op de computer legde Johannesma deze opnames verschillende malen over elkaar, die hij vervolgens doorzichten en schokkerige bewegingen gaf waardoor de ogen van de kijker naar steeds wisselende scherpte-dieptes worden geleid. Het resultaat is een grillige zoektocht door en over de structuren van het mos, de takken, struiken, bladeren en details van de natuur. Een poging om diep door te dringen tot de essentie, terwijl tegelijkertijd terughoudendheid voor contemplatie wordt bewaakt. Door de wijze van monteren is de belevenis meer gedoseerd dan bij eerder werk. Maar beslist niet minder intens.